De Europese taxonomie: de bevestiging van groen leiderschap

De vertegenwoordigers van het Parlement en de lidstaten hebben dan eindelijk een akkoord afgesloten over de grote lijnen van de toekomstige Europese taxonomie voor groene activiteiten. Die taxonomie wil de Europese Unie een leidraad geven die bepaalt welke activiteiten van een bedrijf als 'groen' kunnen worden bestempeld. Dat heeft twee positieve gevolgen: er worden duurzame investeringen gekanaliseerd naar deze activiteiten, en de strijd tegen greenwashing wordt aangegaan.

Aangezien China momenteel zijn groene investeringen fors aan het afbouwen is(1) en de Amerikaanse regering zelfs niet meer de schijn ophoudt dat ze begaan is met klimaatverandering, moeten we deze beslissing sowieso toejuichen. Om de doelstellingen inzake koolstofneutraliteit te bereiken die werden vastgelegd in het Klimaatakkoord van Parijs, moet de Europese Unie maar liefst 180 miljard euro investeringen doen per jaar, die voor groene groei zorgen. De taxonomie moet de tool worden om deze ambitie waar te maken en moet het Europese leiderschap inzake milieu onderbouwen.

Ze komt op een goed moment omdat ze een uniek kader biedt dat andere belangrijke initiatieven gestalte kan geven. We denken dan uiteraard aan de 'Green New Deal' van de Commissie onder leiding van von der Leyen, die tegen 2030 maar liefst 1 biljoen euro wil uittrekken voor groene investeringen; het is wenselijk dat deze activiteiten zich richten op activiteiten die aansluiten bij de taxonomie. Bovendien biedt de taxonomie de ECB en haar nieuwe voorzitster een draaiboek dat aangeeft welke rol een centrale bank kan spelen in de energieomslag. We kunnen ons inbeelden (of zelfs wel dromen?) dat de centrale bank, in het kader van haar prudentiële opdracht, op een bepaalde dag in de toekomst de financieringen van de banken binnen de EU kanaliseert naar sectoren die niet zeer veel broeikasgassen uitstoten, en dat zij zelf haar marktverrichtingen op effecten die niet compatibel zijn met de taxonomie uitsluit.

We kunnen vaststellen dat de taxonomie geactiveerd moet worden om volledig tot wasdom te komen. In dat opzicht ziet het ernaar uit dat de creatie van het Europese label voor duurzame investeringen, dat voorzien is voor 2021, een zeer belangrijke stap wordt. We verwachten dat dit label ambitie uitstraalt, en toch door een voldoende groot aantal investeerders kan worden toegepast om een impact te hebben. Zonder de bedoeling te hebben om de sector te harmoniseren, door middel van zeer veel Europese duurzaamheidslabels, moet het zich vooral concentreren op de ecologische aspecten.

Verstandig? De taxonomie, die volledig aansluit bij het engagement van de Europese Unie om koolstofneutraal te worden tegen 2050, maakt op zich deel uit van de strijd tegen klimaatverandering. Zij is immers gericht op de acht sectoren die het meeste bijdragen tot de realisatie van een lagekoolstofeconomie, en definieert de criteria die overeenstemmen met onze gezamenlijke doelstelling. In dat opzicht houdt de taxonomie rekening met de overgangsfase. Ze laat de deur openstaan voor activiteiten die zeer koolstofintensief zijn, zoals staalproductie, maar legt hiervoor zeer strenge grenzen vast, en de voorwaarde is dat ze geleidelijk hun ecologische voetafdruk verminderen. We vinden het een goede zaak dat de taxonomie een coherent antwoord wil bieden op klimaatverandering, maar anderzijds betreuren we het dat ze in een eerste fase slechts minimale doelstellingen heeft geformuleerd voor andere uitdagingen zoals de behoud van de biodiversiteit of het terugdringen van de vervuiling.

Voor beleggers die de criteria van de taxonomie willen opnemen in hun bedrijfsanalyse, wordt dit een complexe taak. Beleggers moeten immers de 414 bladzijden van het technische verslag van de expertengroep doorploegen. Hierin staan voorschriften die de criteria van de taxonomie definiëren, terwijl bijvoorbeeld het referentiesysteem van het Franse ecologielabel Greenfin... 28 bladzijden telt. Die complexiteit omvat ook de granulariteit van de noodzakelijke gegevens, die vandaag niet op een systematische manier compatibel zijn. Het zal zeer belangrijk zijn dat de bedrijven die vallen onder de taxonomie deze gegevens op een geharmoniseerde manier ter beschikking stellen, en dat ze hiervoor bijvoorbeeld inspiratie opdoen bij de normen die worden toegepast op gegevens inzake koolstofuitstoot in het kader van het van het Europese systeem voor emissiehandel.

Ondanks deze minpunten, kan de taxonomie van groene activiteiten ervoor zorgen dat de Europese Unie haar ecologische leiderschap verder consolideert, en dat ze zonder al te veel dubbelzinnigheid bepaalt welke activiteiten hun plaats hebben in een lagekoolstofeconomie. Ze kan beleggers uitnodigen - alvorens hen aan te sporen? - om zich op die activiteiten te richten. Net zoals al het geval is voor de Europese regelgeving inzake de bescherming van persoonsgegevens (GDPR), kunnen we ons voorstellen dat de invloed van de taxonomie verder gaat dan de Europese Unie, en dat niet-Europese bedrijven die Europees kapitaal willen aantrekken de taxonomie bijvoorbeeld gaan opnemen in hun investeringsbeslissingen. De taxonomie geeft de Europese financiële spelers een tool met zeer veel potentieel, waarvan het succes nu zal afhangen van de vertaling in concrete regelgevende instrumenten. Ook zal het belangrijk zijn om de nodige gegevens ter beschikking te stellen zodat bedrijven analyses kunnen uitvoeren. Laten we op dit elan doorgaan, want de tijd is beperkt.

Uitgegeven door David Czupryna, Head of ESG Client Portfolio Management bij CANDRIAM.

  • David Czupryna
    David Czupryna, CFA 
    Senior Portfolio Manager

Snel zoeken

Krijg sneller informatie met één enkele klik

Ontvang inzichten rechtstreeks in uw inbox